Toen ik rond lunchtijd mijn keuken in dook om te kijken wat ik ging maken had ik nog geen idee dat ik iets zo lekkers tevoorschijn zou toveren. Ik begon maar wat te doen, maar toen ik inspiratie kreeg om zelf deeg te maken ging het (deeg)balletje al gauw rollen en zette ik niet alléén broodjes en croissants op tafel, maar had ik ook nog verse brood voor morgen klaarstaan. En dat allemaal binnen een half uurtje!
Ok, baktijd niet meegerekend.
Geïrriteerd door de grote hoeveelheid boodschappen die wij elke week in huis halen, en doordeweekse uitschieters voor brood, of extra ingrediënten voor het avondeten hebben wij afgelopen weekend een “no buy” regel ingesteld. Zaterdag deden we boodschappen en zijn sindsdien niet meer langs de supermarkt geweest. Voor helemaal niks. En tot mijn grote verbazing lukt het aardig goed, we hebben geen extra dingen nodig gehad, totdat Elena vandaag aangaf een croissant voor lunch te willen eten. Ik bracht haar naar de peuterspeelzaal en liep terug naar huis, mijn keuken in. Wat moet ik nou doen, zal ik toch even snel langs de Appie voor een croissantje rennen? Al rondneuzend door mijn keukenkastjes, op zoek naar inspiratie kwam ik speltbloem tegen, en besloot hier zelf boeren croissants mee te maken, wetend dat Elena deze ook lekker vindt.
Doordat dit een erg spontane recept is zijn de foto’s in mijn keuken, met mijn mobieltje genomen, waarna deze helemaal onder de olie zat, maar goed, de foto’s zijn dus niet perfect. Ook heb ik geen foto’s gemaakt van hoe ik het deeg aan het voorbereiden was, maar dit lijkt me niet al te moeilijk.
Dit is wat deed:
Een halve kilo speltbloem mengde ik met een halve kilo gewone, witte bloem, omdat ik elastische deeg wilde hebben, en niet eerder met spelt had gewerkt. Daar deed ik een theelepel suiker, eetlepel zout en een zakje bakpoeder bij. Terwijl de droge ingrediënten klaarstonden loste ik in een halve liter warme melk een halve klontje verse gist op, die ik bij de lokale Turkse winkel voor zo’n 40 cent kocht. Ik heb er eigenlijk altijd één of twee in de koelkast staan, omdat ik het vele malen beter vind werken dan de droge gistkorrels die je in de supermarkt vindt. Ik goot de melk met gist bij de bloem, en deed er ook 200 milliliter zonnebloemolie en 200 milliliter lauw water bij. Toen mijn deeg zich goed liet kneden maakte ik er een bal van, die ik met olie insmeerde en even naast de verwarming liet rusten. Ondertussen plunderde ik mijn koelkast op zoek naar de vulling voor mijn deeg. Jam, kaas, vlees…ik vond een flinke stuk chorizio die we nog van tapa’s over hadden, en sneed deze in blokjes, maar zo achteraf gezien hadden cirkeltjes net zo makkelijk gekund. Ach ja, volgende keer.
Ik scheurde een stuk deeg af en rolde het uit. Daar sneed ik een aantal rondjes uit, deed er wat stukjes gesneden, pittige worst in, kneep het van alles kanten goed dicht en drukte het lichtjes aan, tot ik een balletje had. Dit zette ik op zijn kop, in de oven, en bakte het een half uurtje op 180 graden.
Wat er uit de over kwam was zo ontzettend lekker dat ik nauwelijks tijd had om er foto’s van te maken, voordat het alweer op was. De broodjes werden in de oven lekker groot, de chorizio bakte mee waardoor het zachter en aromatischer werd. Het resultaat: erg zachte en fluffy broodjes, met een pittige vulling. Echt om je vingers bij af te likken!
Maar om mijn driejarige een pittig broodje voor lunch te geven leek me niet zo slim, dus pakte ik nog een stuk deeg, dat ik ook uitrolde en waar ik punten mee sneed. Hier deed ik wat kleingesneden gerookt vlees in, een soort van Serrano ham, maar dan van rundvlees, en vele malen lekkerder; en rolde hier croissants mee.
Hier maakte in een aantal batches van, die ik met verschillende dingen vulde, en had nog steeds een groot stuk deeg over. Hm, misschien was een kilo bloem te veel. Om me aan mijn “no buy” regel te houden, en geen deeg te verspillen, zette ik mijn laatste stuk deeg in een siliconen vorm en bakte het 40 minuten, terwijl ik Elena van school haalde.
Ook besprenkelde ik mijn croissants met wat melk, om ze nog zachter te maken, zette er een schone theedoek overheen en gaf Elena 10 minuten later haar lunch.
Zij propte er twee achter elkaar in haar mond, dronk een glas melk en was net zo tevreden als ik. Onverwacht, mega lekker.
Het lijkt misschien veel werk, vooral wanneer je met deeg aan de slag gaat, ik moet wel heel eerlijk zeggen dat ik er in het begin moeite mee had, en deeg plakkerig en te veel gedoe vond, maar nu echt kan genieten van deeg kneden, rollen en zelf iets “from scratch” maken. Net zoals met alles is het een kwestie van wennen en gaat het met oefening steeds sneller.
Wat vinden jullie er van, kneeg je graag je eigen deeg of koop je liever deeg in blik?
En laat je me weten als je dit namaakt? Tweet me een foto, of tag me op Instagram, vind ik leuk!
Comments
comments